Ed Parker’s Kenpo Karate: een compleet systeem?

door Marcel de Jong, Katsudo Kenpo

De laatste jaren nemen de zogenaamde MMA gevechten een grote vlucht. In de Verenigde Staten is de UFC is populairder dan de Super Bowl en steeds meer vechtkunst beoefenaren leggen zich toe op het grond gevecht.

Dat werpt bij sommigen de vraag op of het Kenpo systeem zoals wij dat trainen en dat werd ontwikkeld door Ed Parker al dan niet compleet is.

Die vraag zal ik beantwoorden door mijn mening over een aantal zaken op een rijtje te zetten. Vat onderstaande dus niet op als de enige echte waarheid, maar accepteer het als mijn mening, en vind er het jouwe van. Reacties zijn uiteraard welkom.

Om de vraag te kunnen beantwoorden moeten we een aantal zaken van elkaar scheiden. De eerste vraag is: Waar is dat Kenpo systeem voor bedoeld? Als wij de bedoeling hebben ooit nog eens de UFC te winnen, dan is het enige advies dat ik je kan geven: Ga vooral MMA (mixed martial arts) trainen.

Met name de MMA fans stellen nog wel eens vraagtekens bij ons Kenpo met stelling: Er heeft nog nooit een Kenpoka de UFC gewonnen, dus dan zal het wel niets waard zijn. En wat vervelender is, sommige kenpoisten laten zich daarin meeslepen.

Als ik een analogie met andere sporten mag maken: We kunnen er denk ik vanuit gaan dat Roger Federer momenteel wel min of meer de beste tenisser ter wereld is. Hoe denk je dat Roger het er vanaf zou brengen in een hockey wedstrijd op wereld niveau? In beide gevallen sla je met een stuk hout tegen een balletje, dus zoveel verschil kan er niet tussen zitten. Toch vrees ik dat Roger er weinig van terecht zou brengen.

De handicap van vechtsporters is dat ze allemaal een ander spelletje beoefenen, maar dat ze zich wel graag willen kunnen meten met de anderen. En dat gaat dus niet. Je moet jezelf (als je dat wilt) beoordelen tegen de achtergrond van anderen die hetzelfde doen. Verder moet je het systeem beoordelen aan de hand van zijn doelstellingen.

Daarnaast wijs ik je er bij voorbaat alvast op dat als je UFC kampioen wilt worden, één keer in de week een uurtje MMA trainen ook niet genoeg is. Begin maar eens met 20 uur of meer in de week en hou dat een aantal jaren vol, misschien dat je dan, als je zowel heel veel geluk als talent blijkt te hebben, een kans maakt. Dat brengt ons meteen bij de volgende ongelijkheid. Een professionele MMA-er is iemand die zijn geld verdient (en er dus al zijn tijd aan kan besteden) met trainen en wedstrijden vechten. Een professionele kenpoka is iemand die zijn geld verdient met lesgeven. En iedereen wordt nu eenmaal erg goed in dat wat ‘ie het meeste doet. Zo zullen professionele kenpoisten beter zijn in lesgeven, en professionele MMA-ers in wedstrijden vechten.

Kortom, een vergelijking tussen ons Kenpo systeem zoals het door ons wordt beoefend, met MMA zoals het wordt beoefend door profesionele vechters, is een ongelijke vergelijking die niet tot een zinnig antwoord zal leiden op de vraag of het Kenpo systeem al dan niet volledig is.

Effectief zelfverweer
Onze doelstelling is effectief zelfverweer, en geen ringgevechten. Vanuit die achtergrond zal ik hierna verder ingaan op de vraag of ons systeem compleet is, of er bepaalde zaken aan ontbreken, en of dit wellicht een doel heeft.

Het Kenpo systeem bestaat uit basics, technieken, vormen en sparring. Het doel van de verschillende onderdelen valt als volgt te typeren.

Basics vormen de ondergrond, en zijn in feite het enige onderdeel van het systeem waarvan volledigheid geboden is. Ik kom daar later nog op terug.

De overige onderdelen bestaan alleen om deze basics te leren gebruiken en combineren. Technieken zijn de praktijkvoorbeelden, waarbij ik de nadruk zou willen leggen op het woord voorbeelden. Vaak wordt tegen de technieken ingebracht dat ze niet reëel genoeg zijn en dat ze in de werkelijkheid in die vorm niet zullen voorkomen. Als je op school zit of een cursus volgt wordt er ook veel gebruik gemaakt van praktijkvoorbeelden, en dan klaagt er niemand over dat ze na een jaar of wat die exacte voorbeelden nog niet in het echt zijn tegengekomen. Waarom zou je dat met onze zelfverdedigingstechnieken dan wel doen? Het zijn voorbeelden van de manier waarop je de basics kunt gebruiken.

Vormen zijn de laboratorium experimenten met onze basics en technieken. In een gecontroleerde omgeving (dus zonder aanvallende partner) trainen we de basics om ze volledig onder controle te krijgen, en om ze daarna weer in de praktijkvoorbeelden te toetsen.

In de sparring vervolgens creëren we een situatie die meer variabelen omvat zodat we leren om in een onbekende situatie de basics toe te passen.

Volledigheid
Laat ik beginnen met de basics. Omdat iedere mens maximaal twee handen, twee voeten, een lijf en een hoofd heeft, valt er een beperkt aantal basics te omschrijven waarbij die ledematen gebruikt worden, en waarop vervolgens een oneindig aantal variaties zijn te bedenken. De basics zijn naar mijn mening alle mogelijke bewegingen of posities die defensief of offensief gebruikt kunnen worden, zonder de variaties. Naar mijn mening is het systeem aan basics zoals dat in het Parker systeem wordt gehanteerd, compleet.

Om dat enigszins toe te lichten merk ik allereerst op dat wij, kenpoisten, de neiging hebben om van technieken alleen de verdedigende kant te trainen. Dat getekent dat we de andere helft van de techniek, de aanval, onder belichten. Dat is dan ook naar mijn mening geen tekortkoming van het systeem, maar een tekortkoming in de manier waarop wij het systeem gebruiken. Als wij ons systeem dan vergelijken met bijvoorbeeld Brazilian Jiu Jitsu, dan hebben wij ook locks en chokes, zij het meestal in de aanvallende kant van de technieken. Ik constateer dat we ze te weinig trainen, en alleen in een staande toestand, maar we hebben ze wel. Een zogenaamde mount-positie is in mijn ogen niet meer dan een variatie op een positional check, maar dan wel weer één die we (te) weinig trainen. Wederom geen tekortkoming in het systeem dus, maar wel in ons gebruik ervan. Omgekeert merk ik op dat stoten en kicks in het BJJ niet voorkomen, in geen enkele vorm of variatie, waarmee naar mijn mening is aangetoond dat ons systeem completer is dan BJJ. En dan vergelijk ik de systemen uiteraard sec, zonder toevoegingen buiten het systeem om.

Vergelijk je Kenpo met Tae Kwon Do (de ITF variant, omdat dat de enige is die ik ken), dan heeft het TKD geen trappen die wij niet kennen. Alleen heeft Ed Parker er voor gekozen, de trappen in principe alleen onder de gordel toe te passen, omdat boven de gordel de handen de meest voor de hand liggende wapens zijn. Wil dat echter zeggen dat we de kicks, die wij in de standaard praktijkvoorbeelden alleen onder de gordel toepassen, niet hoog of gesprongen zouden kunnen of mogen trainen? Natuurlijk wel, die hoge en gesprongen trappen zijn niets anders dan variaties op de lage trappen en die zouden bijvoorbeeld prima in de What-if fase van de standaard technieken kunnen worden toegepast. Ik kies er zelf uitdrukkelijk voor om ook die hoge en gesprongen kicks te trainen en aan mijn studenten door te geven. Het TKD kent echter geen positional checks, geen locks, chokes en voor zover ik weet ook geen toepassing van wapens. Ook het TKD is naar mijn bescheiden mening dus minder compleet dan ons Kenpo.

Als we naar onze zelfverdedigingstechnieken kijken, kan ik zonder enige twijfel zeggen dat deze geen compleet systeem vormen. Daar bedoel ik mee dat niet op alle mogelijke situaties, alle mogelijke antwoorden worden gegeven. Als we namelijk kijken naar het aantal mogelijke situaties waarin we kunnen worden aangevallen, en het aantal mogelijke oplossingen dat daarvoor te bedenken is, valt eenvoudig te constateren dat een compleet systeem een oneindig aantal technieken zou omvatten. Dit oneindig aantal technieken zou door geen mens op aarde kunnen worden omschreven, laat staan uit het hoofd geleerd. Daardoor zou dit niet als een werkbaar systeem kunnen worden gezien. De technieken zijn dus niet compleet, maar dat kan ook niet. De vraag doet zich dan voor of dat deel van het systeem gevarieerder had kunnen zijn en daarmee op meer verschillende soorten aanvallen of variaties daarvan toegesneden. Ik ben van mening dat dat mogelijk zou zijn geweest. Uit eigen ervaring weet ik dat iemand die zich strikt houdt aan het systeem zoals dat is beschreven, dus met 154 zelfverdedigingstechnieken, plus in een beperkte mate de variaties daarop (de “What-ifs”), op een aantal vlakken tekort komt. En dan heb ik het met name over grondvechten en vechten tegen gewapende tegenstanders. Ik heb het specifiek niet over boksers en andere ringvechters, omdat die niet ons spelletje (zelfverdediging) beoefenen. Een zelfverdedigingsgevecht heeft echter wel een aannemelijke kans om op de grond te eindigen of met een wapen geconfronteerd te worden.

Voor zover het grondvechten betreft heb ik gemerkt dat een goed getrainde kenpoist (en zo beschouw ik mezelf dan voor het gemak maar even) die nog nooit training heeft gehad in grondvechten, zeker niet hulpeloos is. Kennelijk steek je van de trainingsmogelijkheden die het systeem wel biedt, zoveel principes op over de toepassing van basics op die ook op de grond bruikbaar zijn, dat enig effect te verwachten valt. Maar, om nou te zeggen dat je er een goede grondvechter van wordt….. Om dat te bereiken zul je de basics ook in die situatie moeten trainen. En daar schiet mijns inziens het geheel aan trainingsmogelijkheden binnen het systeem tekort.

Sommigen zijn van mening dat het Kenpo systeem wel volledig is en dat vele Kenpo technieken ook op de grond onverkort kunnen worden toegepast. Hoewel ik hun argument begrijp, ben ik het er niet geheel mee eens. Met de nodige aanpassingen kunnen we de Kenpo technieken in sommige gevallen in horizontale positie toepassen, daar lijkt me geen discussie over mogelijk. Maar betekent dat, dat deze technieken de beste methode vormen om te leren hoe onze basics en de variaties daarop op de grond te leren toepassen? Nee, de technieken zijn ontworpen, en ook het meest geschikt, voor een verticale positie. Ik zou dit standpunt willen vergelijken met iemand die beweert dat je met een tang ook best een spijker in een stuk hout kunt slaan. Natuurlijk is dat waar, maar is het de beste methode om dat te doen, of zijn er betere gereedschappen voorhanden?

Een zelfde verhaal kan verteld worden over gewapend of tegen wapens vechten, waarbij mijn ervaring zich beperkt tot mesvechten. Ook in die setting was mijn Kenpo-ervaring bepaald niet weggegooid, en kon ik mezelf tegen mede-beginners zonder Kenpo-ervaring goed redden. Maar een goede mesvechter….. wordt je pas als je dat aspect terdege gaat trainen. En daar bieden de 5 technieken die het systeem biedt, en die zich uitsluitend richten op het ongewapende gevecht tegen een gewapende tegenstander, geen soulaas.

De vormen en sets zijn zoals gezegd naar mijn mening laboratorium experimenten om de technieken beter te kunnen gaan beheersen. Daaraan is inherent dat als de technieken iets missen, de vormen en sets dat ook doen.

Met andere woorden: Ik ben van mening dat het systeem qua basics alle mogelijkheden biedt om in alle situaties, al dan niet door gebruik te maken van variaties op de “standaard-basics”, een passend antwoord op een aanval te kunnen formuleren. Maar willen we dat in alle situaties ook daadwerkelijk kunnen praktiseren, dan zullen we in onze training meer variatie moeten zoeken waardoor meer verschillende soorten aanvallen en gevechten, vaker aan bod komen zodat ook op die, thans onderbelichte gebieden, routine ontstaat.

En wat kunnen we eraan doen?
Om de ontbrekende routine aan te vullen zijn er in feite slechts 2 mogelijkheden.
1. We verzinnen zelf “nieuwe” trainingsmogelijkheden
2. We halen het ergens anders vandaan
Hoewel ik denk dat het mogelijk is om zelf, door onze bestaande basics goed toe te passen, tot goede oplossingen te komen, zou dat betekenen dat we het wiel dat al eeuwen geleden door anderen is uitgevonden, opnieuw gaan ontdekken. Ik ben dan ook van mening dat een veel efficiëntere manier, waar overigens Ed Parker zelf zich uitstekend in zou kunnen vinden, zou zijn om de kennis daar te halen waar deze het best is. Mijns inziens is derhalve de beste oplossing voor hen die hun routine wensen te verbreden, het trainen in andere vechtkunsten die antwoord geven op de openstaande vragen.

En wat willen we eraan doen?
Om een en ander te relativeren, merk ik op dat het voor mij, en voor velen met mij, een levenswerk is om een redelijke Kenpoist te worden. Hoewel ik dat niet echt geprobeerd heb, ga ik er vanuit dat het evenveel moeite en tijd kost om een redelijke grondvechter of mesvechter te worden. Je kunt je tijd van leven maar een keer besteden, en ik kies er bewust voor om dat in de eerste plaats met Kenpo te doen, zodat ik mij, aan het eind van mijn “carierre” hoop een redelijk tot goede vechter, staand met lege handen, te mogen noemen. Alleen voor zover mijn training in dat aspect daar niet onder lijdt, ben ik bereid om tijd te besteden aan een kennismaking met die andere vlakken. Ik maak derhalve de keus om op één vlak te excelleren in plaats van op alle vlakken te matigen.

Antwoord op de vraag: Is het Kenpo systeem compleet?
Ik ga wel een antwoord op die vraag geven, maar ik ga daar meteen de vraag aan verbinden: Bestaat er een andere vechtkunst die wel compleet is?

Zoals uit het voorgaande blijkt is het antwoord op de eerste vraag, is het Kenpo-systeem compleet, niet eenvoudig te geven. In de basis is het systeem in mijn ogen compleet in die zin dat we er alles mee zouden kunnen. In de uitvoering wordt het systeem echter niet zodanig gebruikt dat we alle gebruiksmogelijkheden ons eigen maken. In zijn totaliteit is het systeem dus niet compleet.

Bestaat er aan andere vechtkunst die wel compleet is? Nee, in mijn ogen niet. Voor zover mijn kennis over andere systemen reikt, is het Kenpo systeem het enige systeem dat in potentie compleet is, maar wat slechts uitdieping behoeft. Ieder systeem heeft, net als wij, een bepaald gebied waar dat systeem zich op concentreert. Mocht er ooit iemand (of misschien zijn die iemanden er al) een “nieuwe” vechtkunst ontwikkelen die zich richt op alle denkbare aanvallen die zich zouden kunnen voordoen, dan heb ik er mijn ernstige twijfels bij of, met die hoeveelheid aan te trainen materiaal, er op enig gebied voldoende kunde zal ontstaan zodat een beoefenaar van die vechtkunst zich zal kunnen redden tegen een specialist uit één van de oude, incomplete kunsten.

Tenslotte
Ik heb in mijn carriëre tot nu toe flink wat vechtsport gelegenheden mogen bezoeken. Mijn ervaring is dat je in een Tae Kwon Do school echt niet aan hoeft te komen met een verzoek om eens in grondgevecht te mogen trainen. In een Brazilian Jui Jitsu school zie ik ze nog niet stoten en kicken en in een UFC-style MMA school zie ik ze nog geen wapens in hun training gebruiken. Het enorme voordeel van de cultuur binnen Kenpo Karate scholen vind ik nu juist dat sommige zaken weliswaar niet in het systeem zitten, maar wil je het trainen? Ga je gang, en deel met ons wat je ervan geleerd hebt.